Natuur om de Hoek gestart met vier pilotprojecten
‘De pioniers van nu bepalen straks wat de cijfers zijn’
Het nieuwe initiatief Natuur om de Hoek krijgt wind onder de vleugels. Inmiddels zijn er vier pilotprojecten, waarbij SBNL Natuurfonds in nauw overleg met de grondeigenaar probeert te ontdekken, wat de beste vorm van samenwerking is, waar de grootste belemmeringen liggen en hoe de omgeving bij de projecten kan worden betrokken. ‘We moeten het wiel uitvinden’, vertelt Jos Koopmans, coördinator terreinbeheer bij SBNL Natuurfonds.
Een van de pilotprojecten is praktisch een thuiswedstrijd voor SBNL Natuurfonds. Gijsbert Meijers en zijn vrouw Marjan runnen aan de rand van Leersum een agrarisch bedrijf met een varkenshouderij, een caravanstalling en 8,5 hectare cultuurgrond, waar afwisselend grasland of snijmaïs staat. Inmiddels is de knop om: de varkens gaan het bedrijf verlaten, en van de 8,5 hectare cultuurgrond wordt om te beginnen 1,5 hectare omgevormd naar regeneratieve landbouw.
Andere bedrijfsvorm
Gijsbert Meijers: ‘Omdat wij recht tegenover een nieuwe woonwijk zitten, moeten de 3.000 varkens er op termijn uit. Ik ben 62. Mijn zoon wil het bedrijf wellicht overnemen. Voor hem maak ik nu alvast de omslag naar een andere bedrijfsvorm: meer verhuur van de bebouwing aan zzp’ers en caravaneigenaren, en strokenteelt op het land.’
Gewoon een onderneming
Gijsbert en Marjan raakten geïnspireerd door landgoed Schevichoven, hun buurman die overging op regeneratieve landbouw. Zij volgden een cursus op het landgoed over het in Nederland nog altijd vrij onbekende fenomeen. ‘Zo blijft onze grond landbouwgrond en wordt het qua waarde niet afgewaardeerd, je blijft gewoon boer. En wat de strokenteelt op de langere termijn oplevert, viel ons mee.’
Jos Koopmans vult aan: ‘Een boerenbedrijf is uiteindelijk gewoon een onderneming, er moet geld worden verdiend. Dus je gaat niet zomaar even iets anders doen. Het moet in je bedrijfsvoering passen. Je moet weten wat de investeringen zijn en wat het opbrengt op langere termijn.’ Gijsbert beaamt dit: ‘Het is niet iets dat je voor vijf of tien jaar opzet, want dan begint het net vrucht te leveren. Ook na mijn pensioen moet dit doorgaan.’
Onder de grasmaaier
SBNL Natuurfonds is inmiddels al een jaar met de familie Meijers in gesprek. Koopmans: ‘We waren benieuwd wat we in die omslag konden betekenen. Want landschapselementen zijn fantastisch, maar als ze geen economisch nut hebben, is het heel lastig om ze te houden. Je wilt niet dat ze na een paar jaar weer onder de grasmaaier verdwijnen. Wat je het liefste wilt zien zijn verschillende lagen, dus een hoge laag bomen, bijvoorbeeld hoogstamfruit, dan een laag struiken, vervolgens kruiden en tot slot het gras. Dat heeft tijd nodig. Dus als je die ondernemer tegemoet kunt komt bij zijn investering, is dat mooi.’
Onderdeel van de gemeenschap
Hij vervolgt: ‘Wat we in de afgelopen paar jaar vaak van agrarische ondernemers hebben gehoord is: hoe kunnen wij weer weer een onderdeel worden van de gemeenschap?’ Gijsbert beaamt dit. ‘We zitten pal tegenover een nieuwe wijk. Toen we de buurt informeerden over onze plannen voor regeneratieve landbouw, zeiden mensen spontaan: ‘We willen jullie best helpen in onze vrije tijd. Bijvoorbeeld met een lokaal verkooppunt.’
Belangrijke bijvangst
‘Als je aan huis groente en fruit kunt verkopen, krijg je meteen weer die verbinding met het dorp’, vult Jos aan. ‘Dat is belangrijke bijvangst.’ De caravanstalling is al heel lokaal. 90 procent van de eigenaren woont in Leersum. Het dorp vormt volgens Jos Koopmans een mooi overgangsgebied van stad naar platteland. ‘Dus als je streekgebonden producten kunt verkopen, het landschap aantrekkelijker maakt voor recreanten en zorgt voor betere natuurlijke verbindingen, komt eigenlijk alles samen.’
Lastig in te schatten
SBNL Natuurfonds kijkt op dit moment met Gijsbert en Marjan mee met de voorbereidingen, begrotingen en vergunningen die nodig zijn. Een substantieel deel van de aanplant, inclusief de groene omzoming, wordt vanuit Natuur om de Hoek gefinancierd. Gijsbert vertelt: ‘En als we de varkens verkopen, komt er geld vrij, plus de varkensrechten en misschien ook nog stikstofrechten.’ Marjan vult aan: ‘Het is best lastig in te schatten, maar we kunnen gebruikmaken van de kennis die op Schevichoven aanwezig is. We hebben ruim gerekend om verrassingen in te calculeren.’
Samen optrekken
Het pilotproject in Leersum is een van de vier pilotprojecten binnen Natuur om de Hoek. Koopmans: ‘We hebben ook nog een melkveebedrijf in West-Utrecht, een akkerbouwer in Limburg en een particulier met vleesvee die zijn rasters wil bekleden met heggen. Die vier projecten gaan we in de komende periode volgen, we gaan samen optrekken. Waar lopen we tegenaan in de praktijk, bijvoorbeeld rond vergunningen, functies in het buitengebied? Kunnen we het publiek er al bij betrekken? En kunnen we onze website zo inrichten zodat mensen al kunnen doneren?’
Na de zomer moet Natuur om de Hoek langzaam maar zeker over de rest van Nederland worden uitgerold. ‘Met die vier pilotprojecten hebben we iets concreets in handen, waarmee we elders kunnen schermen. Daarom zijn we ook zo blij dat we met de familie Meijers aan tafel mogen zitten.’
Tastbaar
Daarnaast is SBNL Natuurfonds in gesprek met een vakantiepark-keten die zo’n 400.000 bezoekers per jaar ontvangt. Koopmans: ‘Het kan interessant zijn voor die parken om lokaal geproduceerd voedsel, zoals fruit en zuivel, te kunnen verkopen. En dit te koppelen aan bijvoorbeeld een fietstochtje naar een lokaal agrarisch bedrijf. Dan maak je het heel tastbaar. Dat is waar we naartoe willen.’ De vier pilots zijn nog maar het begin. ‘Ze moeten ons voeden naar het vervolgtraject.’
Geen referentiemateriaal
Intussen zijn er veel initiatieven die een omslag in de landbouw proberen te stimuleren. Volgens Koopmans is ieder op zijn eigen manier bezig om het wiel opnieuw uit te vinden. ‘In de afgelopen 50, 60 jaar hebben we veel geleerd over de intensivering van de landbouw. Misschien is er sprake van een climax, een top, en is het nu mooi geweest. Ook voor banken, gemeenten en provincies zijn deze initiatieven interessant, want zij hebben geen referentiemateriaal. Dus de pioniers van nu bepalen straks wat de cijfers zijn en hoe verschillende instanties daarop kunnen reageren.’
Omslag
Gijsbert hoopt dat hij in de toekomst een inspiratie blijkt te zijn voor de omgeving. ‘Als andere boeren over vijf of tien jaar zien dat ons experiment is geslaagd, zijn zij wellicht ook geneigd om een omslag te maken. Maar ze moeten het eerst zien, dat weet ik zeker.’
Foto's: ©Marlies Kolthof behalve eerste foto ©Schevichoven
Dit artkel is verschenen in de 2023 lente-editie van Mijn Natuur, kwartaalblad van SBNL Natuurfonds.
Delen